Drie weken geleden ging mijn telefoon. Op zich niks unieks natuurlijk. Daar is een telefoon voor.
In mijn schermpje zag ik de naam van de regiomanager staan. Voor mij altijd een momentje dat ik even diep moet zuchten, even moet slikken en snel tot 10 tel voor ik opneem. Ik schuif mijn vinger over het scherm, houdt mijn telefoon aan mijn oor en zeg mijn naam.
Aan de andere kant hoor ik: “Hoi Samantha, je spreekt met John, ik kreeg zojuist de FML (FunctieMogelijkhedenLijst) voor me en lees dat je 2 x 2 uur kunt gaan werken dus je mag vanaf vanmiddag aan de slag!” Als versteend stond ik daar. Met horten en stoten wist ik eruit te brengen dat dat misschien wel een beetje heel erg kort dag was en hoe zat het eigenlijk met de beperkingen die opgelegd waren door de bedrijfsarts? En welk filiaal? Ik had het gevoel dat mijn hoofd werkelijk op hol sloeg en er stoom uit mijn oren kwam.
Ja oke, het was misschien inderdaad wat kort dag, maar dan kon het ook de dag erna, maar aangezien ik de dag erna een afspraak had, werd het toch al snel de week erna. Het gesprek werd afgerond en met de wetenschap dat ik de week erna op dinsdag in filiaal Venray aan de slag zou gaan en ik nog telefoon zou krijgen uit filiaal Venray bleef ik achter. Ik voelde me verslagen. Verbijsterd. Verbaasd.
Niet lang nadat John en ik ophingen belde inderdaad de filiaalmanager van Venray. De tijden werden afgesproken en ik zou de maandagen en de dinsdag van 4 – 6 aan de slag gaan. Nadat ik zelf nog dagen heb moeten bellen om zelf ook die FML te krijgen en de Filiaalmanager ook, was dit eindelijk geregeld op de dag dat ik ging starten in Venray.
Inmiddels zijn we 3 weken verder. Heb ik een paar keer gewerkt. Heb ik weer geproefd aan Kijkshop. Ik mag alleen achter de schermen werken. Ik mag geen klantencontact. Er mag geen druk op me gelegd worden. Geen piekbelasting en nog wat beperkingen. Met die beperkingen kan ik wel wat dingen doen en ik merk zo dat ik beetje bij beetje die 2 x 2 uur wel vol krijg. De ene keer wat beter dan de andere en de vaste teamleden moeten werkzaamheden voor me laten liggen, anders is het werk er niet. Maar goed. De k*tklusjes opknappen, maar ach. Het houdt me bezig. En zo leer ik weer de fijne kneepjes van het vak zeg maar.
Gisteren was er een gesprek met de verzuimcoördinator van Kijkshop en een arbeidsdeskundige om te kijken hoe mijn toekomst al dan niet binnen Kijkshop er uit kan gaan zien. Samen de dingen goed doorgesproken. Gesproken over mijn beperkingen. Over de toekomst. Over hoe de nabije toekomst eruit ziet. Mijn medicatie, mijn therapieën, mijn mogelijkheden. De arbeidsdeskundige gaat een tweede Spoor opstarten om te kijken of daar mogelijkheden voor mij liggen. Ik moet in principe voor 1 februari 2015 alweer enige tijd voor 20,5 uur volledig hersteld en flexibel aan het werk zijn voor Kijkshop. In welk filiaal dat is? Tja… Wie zal het zeggen. Het gesprek viel me zwaar. Na een drie kwartier luisteren merkte ik datik niks meer opsloeg. Alle info ging letterlijk langs me heen. Info kwam gewoon niet meer binnen. Eenmaal thuis beschreef ik dat aan Erik als een koffiefilter. Zo’n ouderwetse. Met van die koffiedrab. Als die op den duur verstopt raakt, komt er van bovenaf alleen maar drab bij en geen koffie meer uit. En zo vol zat mijn hoofd gisteren. Ik heb ook niet op een fatsoenlijke manier afscheid genomen gisteren. Het was gewoon klaar.
En ik baalde. Want zo ben ik niet. Maar het was voor mij wel achteraf gezien weer een teken dat ik minder ver ben dan ik soms denk te zijn.
De koffie kwam er gisteravond laat in druppeltjes weer uit en ik denk dat ik Erik inmiddels alles wel verteld heb, maar gelukkig komt er nog een compleet verslag. Als het goed is.
Vandaag was ook een rot momentje. Voor mij. Een moment waarop ik het liefst huilend was weggelopen. De mensen die me kennen uit de Kijkshoptijd weten dat ik in de winkel op mijn best was. Echt in mijn element. Vandaag moest ik de prijs van een gloeilamp weten. Het enige wat ik daarvoor moest doen was door de deur lopen, naar de kassa en de lamp te scannen. En ik durfde niet. De gedachte om de winkel in te lopen. Ik kreeg hartkloppingen. Ijskoud. Het gevoel alsof mijn borstkas zich samenkneep. Dit slaat toch nergens op! Ik was gewoon kwaad op mezelf dat ik dat niet durfde! Ik heb het aan een collega gevraagd en ben weggelopen.
Ik weet dat dit overgaat. Dit moet overgaan. Ik wil die winkel weer in kunnen. Als ik collega’s in de winkel met klanten bezig hoor dan mis ik dat. Ik kon dat. Ik was goed in wat ik deed. HEEL goed in wat ik deed…
Maar overall heb ik ook betere momenten.Gewoon zo in het dagelijkse leven. Merk ik dat ik weer meer kan genieten zo nu en dan. Ik merk dat ik op sommige momenten sterker ben. Ik ben er nog lang niet. Ik heb nog een lange weg te gaan. Maar ik kom er wel. Ik heb alleen nog even nodig. Maar ik zit nu op de goede weg. En de weg die voor me ligt is de juiste en als ik die netjes blijf volgen, weet ik zeker dat ik er wel kom. En als ik het zelf even niet meer weet, zijn er mensen die me bij de hand nemen of wiens hand ik mag vast nemen en die me weer even de goede kant op sturen.
En die mensen, die mensen weten wel wie ik bedoel, die ben ik uit de grond van mijn hart dankbaar. Dag en nacht zijn ze er. Gevraagd en ongevraagd. Verwacht en onverwacht.